Fascinatie voor menselijk gedrag
een stukje geschiedenis van wie ik ben geworden
Toen ik acht was stelde ik mezelf een van mijn eerste coachvragen: 'Wat maakt dat meneer van Daasdonk nu zo boos is geworden op mij?' Ik begreep er werkelijk niets van. Ton van Daasdonk was mijn leraar in groep 5, toen nog klas 3, en ik had net een nieuw woord ontdekt: 'eisen'. Wat het precies betekende wist ik nog niet helemaal, maar ik wist wel dat als de grote mensen het gebruikten, ze vaak kregen wat ze wilden. Dus ik had gezegd: 'ik eis dat ik mag doorwerken aan dit project.' Dat vond meneer van Daasdonk niet zo aardig, want ik zag hem geschokt en boos naar me kijken. Zijn respons was: 'Eisen? Jij hebt helemaal niets te eisen en je gaat nu de gang op.'
Op de gang voelde ik diepe schaamte opkomen. Wat had ik gezegd? Wat betekende 'eisen' dan precies? Het was duidelijk niet zo'n magisch woord als ik me had voorgesteld. Gebruikte ik vaker woorden verkeerd? Had ik mezelf vaker voor schut gezet? Wat zouden anderen wel niet van me denken...
En zo begon mijn interesse in mensen: wat maakte dat ze zeiden wat ze zeiden? Of soms iets zeiden en toch hele andere dingen deden?
Al gauw ontdekte ik het theatervak, waar ik mijn observaties kon omzetten in humor, drama en geweldige verhalen.
Op de theaterschool in Amsterdam ging elk gesprek over menselijk gedrag: waarom gebruikt Hamlet dat ene woord in die zin en niet een synoniem? Waarom zeggen de drie zussen van Tsjechov drie uur lang dat ze zo graag naar Moskou willen, maar gaan ze niet? Waarom is het spel van deze acteur niet geloofwaardig? Welke gedachten moet Medea allemaal wel niet hebben om tot zo'n wanhoopsdaad te komen?
Aan het werk als artistiek leider van de mbo Acteur opleiding in Utrecht
Onze emoties uiten zich non-verbaal via micro-expressies
En in mijn privé-leven ging het niet veel anders. Ik was zo getraind in het analyseren van menselijk gedrag, dat ik relatiebreuken, ruzies of bedrog al aanvoelde komen, maar niemand me geloofde, tot het dan toch gebeurde. 'Jij hebt mijn intuïtie', zei mijn moeder dan.
Naarmate ik meer ervaring opdeed in mijn vak als theatermaker leerde ik dat aan elk gedrag woorden waren te geven. Intonatie, lichaamstaal, micro-expressies, het bleek allemaal wetenschappelijk onderbouwd. En inmiddels ben ik er van overtuigd: Intuïtie is het vermogen mensen te lezen, zonder dat je de woorden ervoor kent.
Door de jaren heen, raakte ik steeds meer in de ban van het ontrafelen van menselijk gedrag. Wat maakt dat de ene persoon succesvol is in zijn leven en de andere niet? Welke manier van denken ligt daaraan ten grondslag.
Mijn omgeving kreeg al vrij snel door, dat ik goed was in het analyseren van mensen. Op mijn 27e coachte ik collega's om te gaan met veranderingen en werkdruk. Toen ik 32 was, coachte ik theatermakers hoe ze om konden gaan met lastige spelers. Of stond ik bij de ING managers en teamleiders te coachen hoe om te gaan met diversiteit op de werkvloer. Of hielp ik studenten van Nyenrode New Busines school om beter samen te kunnen werken in hun start-ups. Rond mijn 37e paste ik als leidinggevende meer dan eens mediation toe om collega's met lastige conflicten te helpen. Toen ik op mijn 40e artistiek leider werd, kreeg ik al gauw alle 'moeilijke' studentengesprekken van collega's doorgespeeld. Negen van de tien keer had de student een goed gesprek nodig over hun identiteit, hun dromen en hoe om te gaan met valkuilen of negatieve gedachtenpatronen. Heerlijke gesprekken!
Waar ik ook werkte, mijn vermogen om mensen te coachen een betere versie van zichzelf te worden werd al snel een waardevolle eigenschap. Misschien komt het ook vooral doordat ik het echt ontzettend fascinerend vind om mensen uit hun negativiteit, sleur, patronen te halen en in hun kracht te zetten. Ik word daar serieus vrolijk van en voel me dan heel waardevol.
A bird sitting on a tree is never afraid of the branch breaking, because its trust is not on the branch, but on its own wings.
Charlie Warlde
...
Toen meneer van Daasdonk later op die dag vroeg wat we later wilden worden, dacht ik daar dagen over na. Brandweerman of politie leek me echt helemaal niks. Ja, misschien rechercheur, om moorden op te lossen. Maar was dat niet te gevaarlijk? Beroemd misschien? Dat leek me geweldig. Maar de rest van mijn leven altijd op het podium staan? Ik probeerde me voor te stellen aan welk beroep je later, als je heel oud was, echt nog iets had. En na een week wist ik het: eerst wilde ik beroemd worden en in het tweede deel van mijn leven wilde ik een oude wijze goeroe worden.
Ik zit inmiddels in de tweede helft van mijn leven.
Het is tijd.